Lieuwe Hornstra – Ald en nij Samle fersen (1988)
Deze bundel ‘samle fersen’ van Hornstra is erg slordig uitgegeven en doet daarmee geen recht aan de poëzie van deze, meestal Fries schrijvende, auteur. De bundel bevat poëzie uit publicaties die achterin vermeld worden, maar nergens wordt precies vermeld waar de gedichten eerder gepubliceerd zijn. Bovendien zijn een paar gedichten uit eerdere bundels niet in deze verzamelbundel opgenomen, zonder dat dat verantwoord wordt. Dat laatste geldt ook voor veranderingen die in een paar gedichten zijn aangebracht. In het eerste deel staan de Friese gedichten, geschreven tussen 1971 en 1985. Het laatste deel heet ‘Hollandse gedichten’. Daarin staan de gedichten die Hornstra schreef tussen 1928 en 1988, in het Nederlands, maar ook een enkele in het Frans, Duits of Engels. Daartussen staat een groot aantal Friese haikoes. Hornstra is belangrijk geweest als degene die het genre van de Japanse haikoe met zijn voorgeschreven vorm en inhoud (natuurpoëzie waarbij de invloed van de seizoenen een belangrijke rol speelt) in de Friese poëzie gepropageerd heeft. Naar de wens van de auteur zijn de gedichten in de oude spelling afgedrukt.
Lieuwe Hornstra – It symbolisme yn West-Europa (1987)
Hornstra wil een onderdeeltje van de Friese literatuur, het symbolisch realisme, nader bestuderen. Voordat hij in hoofdstuk 3 de hoofdkenmerken van het symbolisch realisme opsomt, bekijkt hij in hoofdstuk 1 die stroming van het symbolisme nader en bespreekt hij kort enkele Franse en Engelse symbolisten. Hoofdstuk 2 geeft een definitie van het literaire realisme. Pas ver over de helft van het boekje belandt Hornstra bij het symbolisch realisme in de Friese literatuur. In hoofdstuk 4 bespreekt hij de roman Fabryk van Trinus Riemersma. Hij noemt dat boek symbolisch-realistisch, omdat het hele boek een symbool is van de vervreemding in de maatschappij en in het innerlijk van de hoofdpersoon. In hoofdstuk 5 gaat Hornstra in op zijn eigen werk. Eerst bespreekt hij kort zijn eigen poëzie, waarbij hij veel aandacht besteedt aan de haikoe, daarna zijn proza, waarbij hij zich beperkt tot de verhalen in zijn eerste bundel Ljippeblommen. Hoewel naar mijn idee lang niet volledig is dit werkje er één van een soort dat te weinig over de Friese literatuur geschreven wordt.